Dit boek is een onafhankelijke publicatie van het hoofdstuk over de Engelse struikrover Dick Turpin in mijn boek over Zwarte Piet.
Dit boek is een wetenschappelijke ontdekkingsreis. Het gaat ervan uit dat onze mensensoort duizenden jaren geleden de Aarde deelde met een andere mensensoort, die beschikte over een hoog ontwikkelde en superieure wetenschap en technologie. Dat waren de goden; en vermoedelijk waren dat de Denisovans.
Dit boek werd geschreven vanuit het perspectief dat die andere menselijke soort enkele duizenden van onze voorouders in hun moleculair biologische laboratoria begiftigden met hun eigen intellectuele genen en daardoor een nieuwe, verbeterde menselijke soort – ons – schiepen.
In deze visie zijn de hemel en de hel geen imaginaire plaatsen, maar ruimtehabitats. En dit boek deduceert nieuwe dingen over de ruimtehabitat van de Onderwereld.
In het gehele Indo-Europese taalgebied wordt het eind van het oude jaar en de start van het nieuwe jaar al millennia lang jaarlijks gevierd met expressies van de pekzwarte heerser over het Dodenrijk – over de Hel: Zwarte Piet figuren.
En in ieder geval in het cultuurgebied van de Germaanse talen – Duits, Nederlands, Engels – was er in voorbije eeuwen sprake van criminelen en bendes van criminelen. Ook het vangen, berechten en terechtstellen van die criminelen behoorde vaak tot de rituelen van de cyclus van het jaar – en hadden alles te maken met Zwarte Piet figuren.
Hier wordt beargumenteerd dat Engelse struikrovers als Dick Turpin en William Nevison ook dergelijke Zwarte Piet figuren waren.
Dit boek bevat veel citaten – voornamelijk van het Wikipedia artikel over Dick Turpin, maar ook uit andere bronnen, zoals Mummer plays, het werk “Koning Henry VI” van Shakespeare, het boek “Rookwood” van William Harrison Ainsworth, het lied “I shot the sheriff” van Bob Marley, uit etymologische woordenboeken, en uit krantenartikelen.
Dit boek interpreteert de informatie die deze citaten bevatten en laat zien hoe die informatie verband houdt met de god van het Dodenrijk en / of wat het over hem en over de Onderwereld onthult.
Dit boek gaat over Ierse sprookjes, over het lied “Tien kleine nikkertjes” en over de Dick Turpin die – in november of begin december? – door Engelsen werd gezien in Nederland.
