De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant
Een nieuwevertaling van Martin Heideggers vroege werk "De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant" (oorspronkelijk Duits "Die Vorlesung Geschichte der Philosophie von Thomas von Aquin bis Kant"), oorspronkelijk gepubliceerd in 1926. Deze editie bevat een nieuw nawoord van de vertaler, een tijdlijn van Heideggers leven en werk, een filosofische index van Heideggeriaanse kernbegrippen en een terminologiewijzer voor 19e en 20e eeuwse existentialisten. Deze vertaling is ontworpen met het oog op leesbaarheid en toegankelijkheid van Heideggers raadselachtige en dichte filosofie. Complexe en specifieke filosofische termen zijn zo letterlijk mogelijk vertaald en academische voetnoten zijn verwijderd om het lezen te vergemakkelijken.
Het begint met het situeren van Thomas van Aquino in de filosofische lijn, niet om de Middeleeuwen of het katholieke denken op zich te benadrukken, maar om de ontwikkeling van filosofische problemen en methoden van Aquino tot Kant te volgen. Het artikel benadrukt Aquinas' centrale rol in het consolideren van de algemene metafysica door zijn interpretatie van Aristoteles, waarmee hij de basis legde voor latere filosofische ontwikkelingen.
Vervolgens worden de filosofische transformaties onderzocht die Descartes in gang zette, waarbij de nadruk ligt op zijn introductie van het ego als een nieuw principe van bewustzijn en rede. Deze verschuiving markeert een belangrijke afwijking van de middeleeuwse filosofische thema's en zet de toon voor het moderne tijdperk van de filosofie. Het artikel benadrukt hoe deze nieuwe richtingen in de filosofie, hoewel ze breken met het middeleeuwse denken, nog steeds fundamentele ontologische zorgen met zich meedragen. Het onderzoekt ook hoe deze evoluerende filosofische benaderingen, vooral door figuren als Spinoza, Leibniz en Kant, worstelden met de aard van het zijn, het bestaan en het systematisch nastreven van kennis.
In de hele tekst ligt de nadruk op de continuïteit en transformatie van fundamentele filosofische problemen, in plaats van op een opeenvolging van meningen of theorieën. Het werk contextualiseert deze verschuivingen binnen bredere intellectuele bewegingen, waaronder de overgang van middeleeuws naar modern denken en de verdieping van metafysische vragen. De analyse van het werk van Kant, vooral zijn Kritiek van de zuivere rede, wordt gepresenteerd als het hoogtepunt van deze filosofische ontwikkelingen, die nieuwe diepte en complexiteit toevoegen aan het begrip van metafysische problemen. Samenvattend biedt het artikel een gedetailleerd historisch en conceptueel overzicht van de filosofische reis van Aquino tot Kant, waarbij de blijvende en evoluerende aard van fundamenteel filosofisch onderzoek wordt benadrukt.
1146175428
Het begint met het situeren van Thomas van Aquino in de filosofische lijn, niet om de Middeleeuwen of het katholieke denken op zich te benadrukken, maar om de ontwikkeling van filosofische problemen en methoden van Aquino tot Kant te volgen. Het artikel benadrukt Aquinas' centrale rol in het consolideren van de algemene metafysica door zijn interpretatie van Aristoteles, waarmee hij de basis legde voor latere filosofische ontwikkelingen.
Vervolgens worden de filosofische transformaties onderzocht die Descartes in gang zette, waarbij de nadruk ligt op zijn introductie van het ego als een nieuw principe van bewustzijn en rede. Deze verschuiving markeert een belangrijke afwijking van de middeleeuwse filosofische thema's en zet de toon voor het moderne tijdperk van de filosofie. Het artikel benadrukt hoe deze nieuwe richtingen in de filosofie, hoewel ze breken met het middeleeuwse denken, nog steeds fundamentele ontologische zorgen met zich meedragen. Het onderzoekt ook hoe deze evoluerende filosofische benaderingen, vooral door figuren als Spinoza, Leibniz en Kant, worstelden met de aard van het zijn, het bestaan en het systematisch nastreven van kennis.
In de hele tekst ligt de nadruk op de continuïteit en transformatie van fundamentele filosofische problemen, in plaats van op een opeenvolging van meningen of theorieën. Het werk contextualiseert deze verschuivingen binnen bredere intellectuele bewegingen, waaronder de overgang van middeleeuws naar modern denken en de verdieping van metafysische vragen. De analyse van het werk van Kant, vooral zijn Kritiek van de zuivere rede, wordt gepresenteerd als het hoogtepunt van deze filosofische ontwikkelingen, die nieuwe diepte en complexiteit toevoegen aan het begrip van metafysische problemen. Samenvattend biedt het artikel een gedetailleerd historisch en conceptueel overzicht van de filosofische reis van Aquino tot Kant, waarbij de blijvende en evoluerende aard van fundamenteel filosofisch onderzoek wordt benadrukt.
De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant
Een nieuwevertaling van Martin Heideggers vroege werk "De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant" (oorspronkelijk Duits "Die Vorlesung Geschichte der Philosophie von Thomas von Aquin bis Kant"), oorspronkelijk gepubliceerd in 1926. Deze editie bevat een nieuw nawoord van de vertaler, een tijdlijn van Heideggers leven en werk, een filosofische index van Heideggeriaanse kernbegrippen en een terminologiewijzer voor 19e en 20e eeuwse existentialisten. Deze vertaling is ontworpen met het oog op leesbaarheid en toegankelijkheid van Heideggers raadselachtige en dichte filosofie. Complexe en specifieke filosofische termen zijn zo letterlijk mogelijk vertaald en academische voetnoten zijn verwijderd om het lezen te vergemakkelijken.
Het begint met het situeren van Thomas van Aquino in de filosofische lijn, niet om de Middeleeuwen of het katholieke denken op zich te benadrukken, maar om de ontwikkeling van filosofische problemen en methoden van Aquino tot Kant te volgen. Het artikel benadrukt Aquinas' centrale rol in het consolideren van de algemene metafysica door zijn interpretatie van Aristoteles, waarmee hij de basis legde voor latere filosofische ontwikkelingen.
Vervolgens worden de filosofische transformaties onderzocht die Descartes in gang zette, waarbij de nadruk ligt op zijn introductie van het ego als een nieuw principe van bewustzijn en rede. Deze verschuiving markeert een belangrijke afwijking van de middeleeuwse filosofische thema's en zet de toon voor het moderne tijdperk van de filosofie. Het artikel benadrukt hoe deze nieuwe richtingen in de filosofie, hoewel ze breken met het middeleeuwse denken, nog steeds fundamentele ontologische zorgen met zich meedragen. Het onderzoekt ook hoe deze evoluerende filosofische benaderingen, vooral door figuren als Spinoza, Leibniz en Kant, worstelden met de aard van het zijn, het bestaan en het systematisch nastreven van kennis.
In de hele tekst ligt de nadruk op de continuïteit en transformatie van fundamentele filosofische problemen, in plaats van op een opeenvolging van meningen of theorieën. Het werk contextualiseert deze verschuivingen binnen bredere intellectuele bewegingen, waaronder de overgang van middeleeuws naar modern denken en de verdieping van metafysische vragen. De analyse van het werk van Kant, vooral zijn Kritiek van de zuivere rede, wordt gepresenteerd als het hoogtepunt van deze filosofische ontwikkelingen, die nieuwe diepte en complexiteit toevoegen aan het begrip van metafysische problemen. Samenvattend biedt het artikel een gedetailleerd historisch en conceptueel overzicht van de filosofische reis van Aquino tot Kant, waarbij de blijvende en evoluerende aard van fundamenteel filosofisch onderzoek wordt benadrukt.
Het begint met het situeren van Thomas van Aquino in de filosofische lijn, niet om de Middeleeuwen of het katholieke denken op zich te benadrukken, maar om de ontwikkeling van filosofische problemen en methoden van Aquino tot Kant te volgen. Het artikel benadrukt Aquinas' centrale rol in het consolideren van de algemene metafysica door zijn interpretatie van Aristoteles, waarmee hij de basis legde voor latere filosofische ontwikkelingen.
Vervolgens worden de filosofische transformaties onderzocht die Descartes in gang zette, waarbij de nadruk ligt op zijn introductie van het ego als een nieuw principe van bewustzijn en rede. Deze verschuiving markeert een belangrijke afwijking van de middeleeuwse filosofische thema's en zet de toon voor het moderne tijdperk van de filosofie. Het artikel benadrukt hoe deze nieuwe richtingen in de filosofie, hoewel ze breken met het middeleeuwse denken, nog steeds fundamentele ontologische zorgen met zich meedragen. Het onderzoekt ook hoe deze evoluerende filosofische benaderingen, vooral door figuren als Spinoza, Leibniz en Kant, worstelden met de aard van het zijn, het bestaan en het systematisch nastreven van kennis.
In de hele tekst ligt de nadruk op de continuïteit en transformatie van fundamentele filosofische problemen, in plaats van op een opeenvolging van meningen of theorieën. Het werk contextualiseert deze verschuivingen binnen bredere intellectuele bewegingen, waaronder de overgang van middeleeuws naar modern denken en de verdieping van metafysische vragen. De analyse van het werk van Kant, vooral zijn Kritiek van de zuivere rede, wordt gepresenteerd als het hoogtepunt van deze filosofische ontwikkelingen, die nieuwe diepte en complexiteit toevoegen aan het begrip van metafysische problemen. Samenvattend biedt het artikel een gedetailleerd historisch en conceptueel overzicht van de filosofische reis van Aquino tot Kant, waarbij de blijvende en evoluerende aard van fundamenteel filosofisch onderzoek wordt benadrukt.
16.5
In Stock
5
1
De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant
290
De geschiedenis van de filosofie van Thomas van Aquino tot Kant
290
16.5
In Stock
Product Details
| ISBN-13: | 9783689380113 |
|---|---|
| Publisher: | Livraria Press |
| Publication date: | 08/12/2024 |
| Pages: | 290 |
| Product dimensions: | 5.06(w) x 7.81(h) x 0.61(d) |
| Language: | Dutch |
From the B&N Reads Blog